Inspraak oude bosgroeiplaatsen

Zienswijze en inspraak over bescherming oude bosgroeiplaatsen

Oude bosgroeiplaatsen zijn het beschermen waard! We dienden een zienswijze in op de Actualisatie van de Omgevingsverordening en hebben die mondeling toegelicht bij Provinciale Staten.

11 oktober 2023

Geachte Statenleden,

Dank voor de mogelijkheid om onze zienswijze over de Actualisatie van de Omgevingsverordening toe te lichten. Vanavond spreek ik ook namens Natuurmonumenten, Landschapsbeheer Gelderland en Geldersch Landschap & Kasteelen.

Ik wil het graag met u hebben over oude bosgroeiplaatsen. U moet de vraag beantwoorden of bescherming van zogenoemde oude bosgroeiplaatsen in de omgevingsverordening moet worden aangepast.

Wat zijn oude bosgroeiplaatsen eigenlijk en waarom zijn ze het beschermen waard?

Het zijn gebiedjes die lange tijd, ongeveer 200 jaar en langer, ononderbroken als bos in gebruik zijn geweest. Het gaat hierbij vooral om de bodem die al die tijd bosbodem is geweest. Dus niet per se om gebiedjes met heel oude bomen. Een hakhoutbosje kan ook oude bosgroeiplaats zijn. Het gaat om vele kleine gebiedjes, in totaal ongeveer 2300 hectare buiten GNN. Ongeveer 500 hectare daarvan bevindt zich in Groene Ontwikkelingszones, ongeveer 1800 ha in overige gebieden[1].

Oude bosgroeiplaatsen vertegenwoordigen een waarde die vergelijkbaar is met cultuurhistorisch erfgoed en zijn net zo beschermwaardig. Rienk Jan Bijlsma van de WUR heeft hun waarde tijdens een technische briefing, begin van dit jaar, voor u uit de doeken gedaan:

  • omdat ze de uitvalsbasis vormen voor herstel van biodiversiteit;
  • vanwege de karakteristieke soorten zoals de bosanemoon die er voorkomen;
  • omdat ze vaak hoge landschappelijke waarde hebben.

Ik voeg daar graag aan toe dat historische plekken waarde op zich hebben. In onze dynamische maatschappij waarin Nederland elke dertig jaar totaal van aanzien verandert, hebben we grote en kleine ankerpuntjes nodig. We moeten daarom het landschap en de elementen daarvan de kans geven om serieus oud te worden en ons te vertellen wie we zijn en waar we vandaan komen.

[1] Zie beantwoording aanvullende technische vragen https://gelderland.parlaeus.nl/user/voorstel/action=view/id=27600

Actualisatie heldert zaak op; maar we raken honderd jaar bos(bodem)ontwikkeling kwijt.

In de omgevingsverordening worden gebiedjes als oude bosgroeiplaats aangewezen en beschermd als ze op de kadastrale kaart van 1832 als bos zijn aangetekend en dat nu nog steeds zijn. Hiermee wordt invulling gegeven aan het wetenschappelijk criterium van ongeveer twee eeuwen. Met de actualisatie wordt gezorgd voor opheldering om welke gebieden het gaat. Dat vinden wij een goede zaak.

Maar we raken door deze keuze wel het zicht kwijt op eenennegentig jaar bos en bosbodemontwikkeling. In de nu nog geldende regel wordt 100 jaar teruggeteld. Nu komen we dan uit op 1923. Ik heb dhr. Bijlsma bij de technische briefing horen pleiten voor het in omvang en aantal laten toenemen van oude bosgroeiplaatsen. Voor robuust natuurherstel hebben we “nieuwe oude bosgroeiplaatsen” nodig, zo vertaal ik het maar even.

We snappen wel het dilemma: uitgaand van het wetenschappelijke getal van twee eeuwen is het probleem dat er niet genoeg historische topografische gegevens uit de negentiende en begin twintigste eeuw zijn voor een werkbare regelmatige actualisatie.

We zouden het liefst zien dat u, alles afwegend, de actualisatie op dit punt niet overneemt, en “100 jaar terug vanaf heden” handhaaft in het artikel over bescherming van oude bosgroeiplaatsen. Daarmee wordt zeker aan het wetenschappelijk criterium voldaan, en ontstaat ruimte om vanuit al sinds jaar en dag bestaande landschapsstructuren te werken aan bijvoorbeeld het nationale doel voor 10% landschapsversterking (voorheen groenblauwe dooradering). Of door ze in de Groene Ontwikkelingszone te benoemen als kernkwaliteit, waarmee ze in beeld komen voor versterkingsmaatregelen. Deze gebiedjes zijn geen probleem maar een kans. We hopen dat u dat ook zo ziet.

Dank u voor de aandacht.

Bijlage bij de inspraak:

Oude bosgroeiplaatsen benoemen als kernkwaliteit

Onder andere in artikel 5.19 (beschermen Groene Ontwikkelingszones), in lid 1 onder a. wordt verwezen naar de bijlage “Kernkwaliteiten Gelders natuurnetwerk en Groene ontwikkelingszone”. Deze bijlage is in de geconsolideerde versie bij het ontwerpbesluit niet opgenomen, maar via de Planviewer in te zien. Het documentnummer is b_NL.IMRO.9925.PVOmgverordeningGC-gc09_733-5.

In deze bijlage worden oude bosgroeiplaatsen niet als kernkwaliteit aangemerkt. Naar ons oordeel zijn ze wel zo op te vatten. Er bevindt zich volgens onze informatie een kleine 500 hectare oude bosgroeiplaatsen binnen Groene Ontwikkelingszones die op de kadastrale kaart van 1832 voorkomen.

  • We zien graag dat in deze bijlage Oude bosgroeiplaatsen als kernkwaliteit worden benoemd, en dat de samenhang met oude bossen en bosgronden wordt opgehelderd.
  • In Groene Ontwikkelingszones wordt gewerkt met versterkingsplannen. Opnemen van oude bosgroeiplaatsen ouder dan 100 jaar in een versterkingsplan, bijvoorbeeld als stapsteen in een ecologische verbinding, kan beloond worden.

Oude bosgroeiplaatsen als vertrekpunt voor 10% landschapsversterking

Zo’n 1800 hectare oude bosgroeiplaatsen in Gelderland bevindt zich niet in GNN en niet in Groene ontwikkelingszones. Het gaat veelal om kleine gebiedjes die van oudsher herkenningspunten vormen en bijdragen aan de landschappelijke kwaliteit.

  • We zien graag dat bosgroeiplaatsen ouder dan 100 jaar mede als vertrekpunt worden genomen voor het ontwikkelen van de 10% landschapsversterking.

Bosgroeiplaatsen kunnen ook buiten Natura 2000 kwalificeren als een habitattype

In de beantwoording van aanvullende technische vragen na de technische briefing in januari van dit jaar (https://gelderland.parlaeus.nl/user/voorstel/action=view/id=27600) komt de volgende passage voor:

Vraag:

In welke door PS vastgestelde beleidskaders, anders dan de Omgevingsverordening, worden de oude bosgroeiplaatsen expliciet meegenomen voor het behalen van Provinciale en landelijke doelstellingen (flora, fauna, herstel natuur, stikstof, waterkwaliteit, bodemkwaliteit)?

Antwoord:

Oude bosgroeiplaatsen worden niet door andere, door PS vastgestelde beleidskaders expliciet beschermd. Binnen Natura 2000 geldt de gebiedsbescherming van de Wet natuurbescherming (het zijn habitattypen). Maar ook buiten een Natura 2000 gebied kan een oude bosgroeiplaats kwalificeren als een habitattype. Deze worden dan niet expliciet wettelijk beschermd, maar in de rapportages aan de EU over de landelijke staat van instandhouding van betreffende habitattype neemt het Rijk deze oude bosgroeiplaatsen wel mee (op basis van schattingen).

Hiermee hebben de oude bosgroeiplaatsen buiten GNN een duidelijke functie in de opgave voor robuust systeemherstel.

  • We pleiten er dan ook voor om te inventariseren waar deze gebiedjes zich bevinden en ze prioriteit te geven in versterkingsplannen voor Groene Ontwikkelingszones en als stapstenen in het programma voor 10% landschapsversterking.
Profiel Maarten Witberg

Maarten Witberg

Ruimte en gebiedsontwikkeling