Allereerst:
Kleine windmolens zijn géén alternatief voor de noodzaak van grootschalige duurzame energieopwekking. Hiervoor leveren ze te weinig energie op. Ter vergelijking: afhankelijk van het type is het vermogen van een kleine windmolen tussen de 15 en 80 kW. Een grote moderne windturbine heeft een vermogen van 3000 tot 8000 kW (3 tot 8 MW). Op het niveau van een boerenbedrijf of een bedrijventerrein kunnen ze echter zeker wel interessant zijn.
Gevolgen erfmolens voor vogels en vleermuizen
In 2022 en 2023 zijn in Groningen en Friesland praktijkonderzoeken uitgevoerd om de gevolgen voor boerderijvogels en vleermuizen in kaart te brengen. Omdat de schaal van die onderzoeken beperkt was, is een derde onderzoeksjaar (2024) toegevoegd. Deze keer ook met betrokkenheid van Gelderland, omdat ook hier erfmolens verschijnen en er behoefte was aan beleid.
Helaas is het publiceren van de onderzoeksresultaten al een aantal keer uitgesteld. Zonder deze onderzoeksgegevens is het naar onze mening niet mogelijk om het nu voorliggende voorstel van GS te kunnen beoordelen.
Het voorstel van GS
GS stelt voor dat erfmolens met een maximale tiphoogte van 35 meter bínnen het (agrarisch) bouwblok geplaatst moeten worden. Met toepassing van specifieke stilstandsperioden is dat mogelijk zónder aanvullend natuuronderzoek. Zonder stilstand is dat onderzoek wel nodig. Het blijft wel steeds nodig om een omgevingsvergunning voor een flora en fauna-activiteit aan te vragen.
De bescherming van vogels en vleermuizen lijkt met dit voorstel redelijk goed geregeld.
Wat betreft de stilstandsperioden geldt:
- Staat de erfmolen op 25 meter of meer van bebouwing en erfbeplanting/groenstructuren, dan geldt overdag een verplichte stilstand voor vogels van 15 maart tot 15 september en ’s nachts voor vleermuizen tussen 1 april en 1 november. Hierop zijn enkele uitzonderingen die te maken hebben met de weersomstandigheden.
- Staat de erfmolen bínnen 25 meter van bebouwing/objecten, landschapselementen en groenstructuren, dan geldt daarnaast voor vleermuizen een volledige stilstandsverplichting van 1 mei tot 1 augustus.
Wij vragen ons echter af of onder de gestelde voorwaarden realistisch gezien nog erfmolens geplaatst kunnen worden.
Ten eerste: in hoeveel gevallen is het mogelijk om bínnen het bouwblok een plek voor een erfmolen te vinden op een afstand van minimaal 25 meter tot bebouwing en erfbeplanting/groenstructuren?
Ten tweede: zijn erfmolens nog wel rendabel met de gestelde stilstandseisen en eventuele natuuronderzoeken?
Ten derde: is de hoogtebeperking van 35 meter niet een sterke belemmering, zéker met de eis voor plaatsing op het bouwblok? Iets hogere molens hebben meer rendement, bovendien zullen ze nabij gebouwen en groenstructuren iets minder last hebben van windturbulentie.
Uitstel besluitvorming lijkt verstandig.
Het lijkt verstandig dat Provinciale Staten de publicatie van de onderzoeksresultaten afwacht. Blijkt daaruit dat de extra risico’s voor vogels en vleermuizen meevallen, dan is het voorliggende voorstel wellicht te streng qua eisen voor stilstand.
Blijken de risico’s wel zeer serieus te zijn, dan zou wellicht de maximale hoogte opgerekt moeten worden – uiteraard met oog voor de landschappelijke consequentie. Een andere optie is de eis voor plaatsing binnen het bouwblok los te laten. Vrees voor de landschappelijke gevolgen kan beperkt blijven, geen enkele agrariër heeft er immers belang bij om een turbine ver weg te plaatsen, midden in het landschap. Dan wordt de aansluiting naar de boerderij veel duurder.

